+31(0)513-460268 | info@eco200.nl

ECO200 haalt energie uit melk

Interview Theun Toering | ECO200
ECO200 haalt energie uit melk
Theun Toering

“Melk is een betrouwbare, aantrekkelijke bron van duurzame energie. Dat is met dit project voor eens en voor altijd bewezen.” Theun Toering, directeur ECO200, is blij met de schat aan informatie die het demonstratieproject Energie-innovatie (DEI) heeft opgeleverd. “Voorheen baseerden we ons op de ervaringen van één melkveebedrijf. Nu hebben we cijfers van vijftien melkbedrijven met ECO200 door heel Nederland. Een groot verschil.”

Uit één miljoen kilo melk (de jaarproductie van een middelgroot melkveebedrijf in Nederland) kan volgens Toering een hoeveelheid energie worden gehaald die overeenkomt met 5.000 m3 gas. Met één kanttekening: in de winter is die energie beter te benutten dan in de zomer. Maar feit blijft dat de gasrekening van iedere gebruiker fors daalt. Toering: “De mate waarin, hangt natuurlijk voor een deel af van de uitgangssituatie. Een voorbeeld. Op een bedrijf zonder warmteterugwinning en met twee grote gasboilers zijn de besparingen enorm. Ook omdat gasboilers veel energie vergen, zelfs op momenten dat ze buiten gebruik zijn.”

Ook blijkt ECO200 een positief effect te hebben op de melkkwaliteit, zo blijkt uit het demonstratieproject. Met name de zuurtegraad van melkvet verbetert. “Bedrijven met een melkrobot worstelen soms met dat kwaliteitskenmerk. Vet in melk bestaat uit heel veel kleine bolletjes. Door transport en luchtinslag kunnen die bolletjes beschadigd raken en dan stijgt de zuurtegraad. Dat willen zuivelfabrieken niet. Met ECO200 wordt melk heel snel teruggekoeld naar 6 graden Celsius. Het proces van verzuring stopt onmiddelijk.”

Toering ziet op een aantal bedrijven ook een positief effect op het kiemgetal (een maat voor de hoeveelheid bacteriën in melk). “Bij de traditionele manier van melk koelen, belandt melk op een relatief hoge temperatuur in de koeltank. Het duurt vervolgens vrij lang voordat die melk tot vier graden is teruggekoeld. Bovendien warmt de melk die al in de tank zit weer op. Die temperatuurschommelingen kunnen soms zorgen voor bacteriegroei en daarmee voor een te hoog kiemgetal.”

Belangrijk leerpunt uit het project voor Toering: melkveebedrijven met ECO200 hoeven hun bestaande melkkoeltanks niet of nauwelijks aan te passen. “Aanvankelijk was onze vrees dat koeltanks niet met een mengsel van koud water en glycol, afkomstig van ECO200, konden koelen. Maar in de praktijk blijkt dat allemaal prima te lukken. Een grote meevaller.”

Een ander sterk punt van ECO200: het systeem gebruikt een veel minder schadelijk koudemiddel (HFK-407 in plaats van HFK-507). De warmtepompen van ECO200 zijn gevuld met gemiddeld drie liter HFK-407 en dat koudemiddel bevindt zich bovendien in een hermetisch afgesloten deel. Weglekken is vrijwel uitgesloten. Toering: “Vergelijk dat maar eens met traditionele koeling. Die draait doorgaans op vijftien liter HFK-507, dat ruim tweemaal schadelijker is voor het milieu. Bovendien lekt er veel HFK-507 weg omdat traditionele apparatuur niet goed afgedicht kan worden. Gemiddeld is er sprake van een lekverlies van acht procent per jaar, schatten onafhankelijke deskundigen. Dat zorgt voor een grote milieulast: op een modaal melkveebedrijf gaat het omgerekend om zo’n 5.400 kilo CO2 per jaar.”

Het feit dat ECO200 melk eerst terugkoelt tot ongeveer zes graden Celsius, vóórdat de melk in de tank belandt, zorgt ook voor minder hoge pieken in het stroomverbruik. “Vooral op bedrijven waar koeien tweemaal per dag worden gemolken, zijn die pieken hoog. In de ochtend gaan de lampen aan, wordt de melkapparatuur gestart en draait al heel snel de koeling. In de avond gebeurt min of meer hetzelfde. Gevolg: hoge pieken in elektriciteitsverbruik. Met ECO200 vlakt die piek af, omdat de apparatuur de energie uit melkwarmte buffert en melk vervolgens op een lage temperatuur in de koeltank belandt.” Lagere pieken hebben voor melkveebedrijven twee voordelen. Men kan met een minder hoge elektriciteitsaansluiting toe (en daarmee lagere kosten voor vast recht). En andere apparatuur, zoals computers en elektronica, lopen minder risico op schade als gevolg van sterke spanningsschommelingen van het net.

Nu ECO200 zich bewezen heeft, verwacht Toering dat het systeem voor steeds meer melkveebedrijven een serieus alternatief wordt. “Zeker bij nieuwbouw en renovatie.” Wel is een zekere bedrijfsomvang vereist. “Voor bedrijven met een jaarproductie van meer dan één miljoen kilo melk, is ECO200 eigenlijk een must.”

ECO200 in de praktijk

ECO200