+31(0)513-460268 | info@eco200.nl

Convenant ‘Schoon en Zuinig’

Matthieu Dumont | Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO)
Meer bewustwording gewenst
Matthieu Dumont

Jaarlijks twee procent energie besparen (1). In 2020 de uitstoot van broeikasgassen (CO2, methaan, lachgas, HFK’s) laten dalen met dertig procent ten opzichte van 1990 (2). En in 2020 veertig procent van de nationale behoefte aan duurzame energie leveren (3). Dat zijn de drie belangrijkste afspraken uit het convenant ‘Schoon en Zuinig’, afgesloten in 2008 tussen overheid en agrarische sector.

Mathieu Dumont, senior consultant bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), is nauw betrokken bij de uitvoering van het convenant.

ECO200 is een techniek die op allerlei manieren past in de doelstelling van ‘Schoon en Zuinig’. “ECO200 bespaart energie, levert duurzame energie op basis van melkwarmte én voorkomt verlies van HFK’s naar het milieu.” Nederlandse boeren en tuinders spelen in de opwekking van duurzame energie een grote rol (zon, wind, biomassa, aardwarmte). Met ECO200 komt daar een nieuwe bron bij: melkwarmte. Melkveebedrijven met ECO200 kunnen, in combinatie met bijvoorbeeld zonne-energie, vrij gemakkelijk elektriciteitsneutraal worden, meent Dumont. “Een klimaatneutrale melkveehouderij is echter nog ver weg. Want koeien zijn ook verantwoordelijk voor de productie van broeikasgassen als methaan en lachgas. Het is niet realistisch om die uitstoot tot nul terug te brengen. Maar een flinke reductie is zeker mogelijk.”

Dumont is ook betrokken bij het project Smart Farming Grid en ook daar draagt ECO200 een steentje bij. “Smart Farming Grid onderzoekt de opties om piekbelasting van het elektriciteitsnetwerk te verminderen. Steeds meer agrarische bedrijven wekken energie op. Die energie wordt aan het net geleverd, terwijl de aansluitingen daar soms niet op berekend zijn. Zwaardere aansluitingen realiseren is een optie, maar de maatschappelijke kosten daarvan zijn hoog. ECO200 kan zorgen voor meer evenwicht in productie en leverantie van energie door de dag heen. Daardoor zijn zwaardere aansluitingen soms niet nodig.”

De kracht van ECO200 zit volgens Dumont in de eenvoud. “Melkveehouders worden niet opgescheept met heel ingewikkelde apparatuur. Dat heeft het DEI-project ook aangetoond: het systeem draait probleemloos op vijftien melkveebedrijven.”

Melkveehouders onderschatten vaak de potenties van energiebesparing en -opwekking, is de ervaring van Dumont. “Energie vormt op een melkveebedrijf geen bijzonder hoge kostenpost. Bij glastuinbouw is dat wel het geval: daar zijn ondernemers heel kien op energie. Die bewustwording moet in de melkveehouderij nog groeien. Dat was ook een belangrijke doelstelling van het DEI-project.”

Ook de mindset bij installateurs moet veranderen, aldus Dumont. “Die willen nog steeds graag een lage offerte presenteren bij melkveehouders en komen dan al snel uit bij traditionele koelsystemen. Wat mij betreft laten ze voortaan ook alternatieven zien, zoals ECO200. Die zijn in aanschaf weliswaar duurder, maar op termijn veel aantrekkelijker. Vervolgens is de keuze nog steeds aan de melkveehouder.”